Nieuwe korpschef Janny Knol: ‘Zorgen dat de politie midden in de samenleving blijft staan’
Janny Knol is de nieuwe korpschef van politie. Uit handen van haar voorganger Henk van Essen ontving zij in de Nieuwe Kerk in Den Haag de koninklijke standaard. ‘De missie van de politie, waakzaam en dienstbaar zijn aan de waarden van de rechtstaat, is mij uit het hart gegrepen,’ zegt Knol. ‘Dat is wat mij elke dag drijft. Het is daarom dat ik met heel mijn blauwe hart “ja” heb gezegd.’
In haar eerste speech als korpschef benadrukte Knol het belang van een politie die stevig midden in de samenleving staat. ‘Dat is de kern van ons vak en dat verandert niet. Wat wel verandert, is de manier waarop wij daaraan invulling geven.’ Want de verbinding die de politie van oudsher heeft in de wijken staat onder druk, constateert de nieuwe korpschef. ‘De samenleving bevindt zich in woelig water. Tegenstellingen worden scherper en spanningen groter. Steeds vaker staan we als politie tegenover in plaats van tussen de mensen. Terwijl we juist de verbinding nodig hebben om ons werk goed te kunnen doen.’
Belangrijke schakel
Om de vrede in de samenleving te bewaren, moet de politie zich daarmee steviger en moderner verbinden, volgens Knol. ‘Anders dreigen we iets heel waardevols kwijt te raken. Onze wijkagenten blijven daarbij een belangrijke schakel en verdienen alle ruimte. Maar ze kunnen het niet alleen. Verbinden is een opdracht aan ons allemaal.’
Dat vraagt om een verbreding van het begrip gebiedsgebonden werken. Niet alleen in de wijken maar ook op het web moet de politie zich wat betreft Knol nog nadrukkelijker laten gelden. ‘We zetten al mooie stappen door meer digitaal contact te maken met burgers, bijvoorbeeld met onze digitale meldkamer en wijkagenten. Maar we zien dat veel mensen nog onvoldoende beschermd zijn op het web. De impact van digitale criminaliteit wordt onderschat en het onveiligheidsgevoel van slachtoffers is groot. Kinderen en jongeren hangen rond in Telegramgroepen waar veel negatief gedrag is en toezicht ontbreekt. Ouders en technologiebedrijven hebben daar verantwoordelijkheid in. Maar we hebben ook als overheid nog een wereld te winnen: het internet heeft een politiefunctie nodig.’
Bescherming van de politie
Burgers hebben recht op de bescherming van de politie en kunnen erop vertrouwen dat de politie optreedt als grenzen worden overschreden, maar tegelijkertijd ziet Knol dat het strafrechtelijk systeem dreigt vast te lopen. ‘Daarom moeten we ons met name richten op het opsporen van delicten die burgers en de rechtsstaat het meeste raken en tegelijkertijd kijken hoe we ook op andere manieren onrecht kunnen herstellen.’
Bijvoorbeeld door partners in het veiligheidsdomein daarbij nadrukkelijker te betrekken. En dat geldt op meer gebieden. ‘De politie is altijd aanwezig en staat altijd aan’, aldus Knol. ‘Dat moet ook zo blijven. Maar het gevaar is dat we het manusje van alles worden: van reanimeren tot het controleren van jachtaktehouders en het bemiddelen bij burenruzies tot het leveren van bijstand bij aanmeldcentra in Budel en Ter Apel. We doen het allemaal. Maar onze kernfunctie is de norm handhaven, in verbinding met de rechtsstaat. Die moeten we meer centraal stellen.’
Enorme prestatie
Knol gaf aan dat ze trots is dat ze de nieuwe korpschef is, als eerste vrouw op deze positie, en trots dat ze het vertrouwen heeft gekregen de door haar geschetste uitdagingen aan te gaan. Ze benadrukt dat de benodigde kennis daarvoor al aanwezig is in de politieorganisatie. ‘Want wat een enorme prestatie leveren alle 65.000 collega’s iedere dag weer, de mensen in de frontlinie én daarachter. Iedereen die politie werkt, draagt eraan bij het vertrouwen in de politie nog altijd zeer groot is.’ Daarbij werkt de politie volgens de korpschef constructief samen met de burgemeesters, het openbaar ministerie, andere veiligheidspartners en de centrale ondernemingsraad. ‘Mijn voorganger Henk van Essen heeft daarvoor een solide basis gelegd.’
Gericht op mensen
Van Essen sprak na de wisseling van de wacht zijn vertrouwen uit in zijn opvolger. ‘Ik ben enorm blij dat de keuze op jou is gevallen. Je kent de organisatie en het vak. Je zoekt altijd naar nieuwe ideeën, nieuwe werkwijzen en nieuwe samenwerkingen. En je bent altijd gericht op de mensen voor wie we ons werk doen. Dat heeft de politie nodig.’
Dilan Yeşilgöz, demissionair minister van Justitie en Veiligheid en Justitie, noemt Knol een politievrouw in hart en nieren: ‘Je bent opgeklommen van onderop en kent het werk en het korps van binnenuit. Je weet waar je over praat en dat helpt om de goede keuzes te maken en die met verve te verdedigen. Je spreekt je duidelijk uit en grijpt in als dat nodig is. Dat zegt veel over jouw moed.’