Bij spoed: 112
Geen spoed: 0900-8844

Interpol stuwt aanpak wereldwijde misdaad

Criminelen opereren steeds vaker over landsgrenzen heen en steeds meer online. Misdaad is internationaler dan ooit. Dat versterkt de noodzaak tot een wereldwijde aanpak. Interpol is daarin al honderd jaar de stuwende kracht.

100 jaar Interpol

Van Ilana de Wild, director Organized and Emerging Crime Interpol, mogen er gerust honderd jaar bij. De noodzaak om internationaal samen te werken tegen criminaliteit is immers groot en blijft nodig. Interpol neemt daarin van oudsher de rol in van hub, als centrale partij die nationale politieorganisaties en lidstaten relevante informatie en expertise levert rond de aanpak van wereldwijde misdaad.

Netwerkfunctie

‘Soms ziet men Interpol als een organisatie met agenten die overal ter wereld worden ingezet’, zegt De Wild, ‘maar arrestaties en inbeslagnames liggen uitsluitend bij de nationale wethandhavers. Onze rol zit voornamelijk in de netwerkfunctie. Wij bieden meerwaarde aan nationale opsporing door partijen bij elkaar te brengen. We delen relevante informatie en intelligence via ons beveiligde informatiekanaal I-24/7 met alle 195 deelnemende landen. Zo bieden we strategische rapporten over werkwijzen van criminelen, bijvoorbeeld over nieuwe vormen van criminaliteit of over veranderende smokkelroutes. Of denk aan operationele analyserapporten die helpen om daders of slachtoffers te identificeren.’

Zelfstandig opereren

Informatie leveren was lang Interpols voornaamste bijdrage, maar de organisatie krijgt een sterkere eigen rol in de misdaadbestrijding, ziet de directeur. Meer dan data aanbieden, legt Interpol nu zelf internationale puzzelstukken aan elkaar. ‘Neem mensenhandel. Criminelen ronselen slachtoffers om te werken in een ander land, een andere regio. Zo worden Zuid-Amerikanen en Aziaten voor legaal werk naar Europa gelokt om uiteindelijk in de prostitutie te belanden. Dat soort misdaad houdt zich niet aan grenzen. Voor landen is het lastig steeds over die grens te kijken en operationele samenwerking op te zetten of de capaciteit daarvoor ontbreekt. Wij hebben die focus wél. Een van Interpols belangrijke rollen is het plannen van joint operations. En vergis je niet, tegenwoordig is bijna alle criminaliteit interregionaal.’

Voorbeeld van de aanpak van interregionale misdaad is operatie Narsil. Een twee jaar durende Interpol-operatie rond een netwerk van websites die waren ontworpen om winst te genereren door advertenties over (beeldmateriaal van) seksueel misbruik van kinderen. Naast die criminelen opsporen, richtte Interpol zich ook op de financiële diensten die werden gebruikt voor de online advertentiecampagnes. ‘We kijken altijd naar de samenhang, naar welke andere criminaliteit er speelt. Zo was er vorig jaar een actie rond illegale visvangst die leidde naar drugshandel. Uiteindelijk kon door de inzet van Interpol-deelnemers uit Zuid-Amerika, Europa en Afrika een internationaal drugsnetwerk worden opgerold. Als we kunnen samenwerken met internationale en regionale organisaties als World Customs Organization en Maritime Analysis & Operations Centre, dan doen we dat.’

Misdaad in opkomst

Naast actuele operationele informatie biedt Interpol trendanalyses. Zo signaleerde het in Azië een forse toename van online scam centra en waarschuwt het lidstaten voor het gebruik van fentanyl. ‘In de Verenigde Staten zorgt die drug inmiddels voor talloze doden en we zien dat naar andere regio’s overslaan.’

Informatiehuishouding

Hoewel de informatie-uitwisseling tussen de 195 lidstaten en Interpol goed verloopt, kan het beter. Zo heeft elke lidstaat en regionale politieorganisatie eigen communicatiekanalen, waar Interpol streeft naar één datahuishouding, één infrastructuur om informatie gemakkelijk en veilig uit te wisselen. Op haar beurt wil Interpol investeren in de relatie met de regionale politieorganisaties zoals Europol. ‘Als een land informatie met een van ons deelt, mogen ze verwachten dat we samenwerken, dat ze gegevens niet met elke organisatie apart hoeven te delen. Aan de andere kant speelt de angst dat als je informatie deelt met Interpol, je het deelt met alle 195 lidstaten en dat is niet het geval. We hebben daarvoor allerlei veiligheidskleppen ingebouwd in ons systeem.’

‘Neem de oorlog in Oekraïne’, besluit De Wild. ‘Een aantal landen heeft alle banden met Rusland verbroken, wat zeer begrijpelijk is. Maar Interpol is geen politieke organisatie. Ook Rusland kampt met internationale criminaliteit die niet ophoudt bij de Russische grens en dus is samenwerking nodig. Rusland levert daarom nog informatie. Ik snap dat andere landen op dat vlak terughoudend zijn. Maar wat ik zeg: we doen niet aan politiek. Het is de verzameling van Interpol-lidstaten die via de jaarlijkse Algemene Ledenvergadering bepaalt wie Interpol-lid zijn en hoe Interpol werkt.’

100 jaar Interpol

De International Criminal Police Commission (ICPC), zoals Interpol oorspronkelijk heette, werd op 7 september 1923 opgericht in Wenen, Oostenrijk. Het idee voor een internationale politieorganisatie ontstond al tijdens het eerste Internationale Criminele Politiecongres in Monaco in 1914, maar de plannen werden uitgesteld door de Eerste Wereldoorlog. In 1956 werd de ICPC omgedoopt tot Internationale Criminele Politieorganisatie (ICPO-INTERPOL).

De eerste Red Notice verscheen in 1947, voor een Rus die werd gezocht voor de moord op een agent. Het systeem van kleurgecodeerde internationale kennisgevingen werd in de loop der jaren uitgebreid met geel (vermiste personen), blauw (aanvullende informatie), zwart (niet-geïdentificeerde lichamen), groen (waarschuwingen en inlichtingen), oranje (dreigende dreiging) en paars (modus operandi).

In 1923 telde de ICPC 20 lidstaten, waaronder Nederland. In 1955 waren dat er 50, om daarna gestaag te groeien. In 1967 waren er 100 landen, tot 150 in 1989 en het huidige totaal, 195, in 2021.
 
Ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van Interpol start vandaag een wekelijkse interviewrubriek over internationaal politiewerk.