Politie en NFI onderzoeken opbrengsten crystal meth
Onlangs veroordeelde de rechtbank in Den Bosch een Mexicaanse crystal meth-producent tot bijna vijftien jaar gevangenisstraf. De man was actief in meerdere Nederlandse drugslabs en opereerde onder de bijnaam ‘Pablo Icecobar’. Sinds de politie in het voorjaar van 2019 zijn lab in Moerdijk ontdekte, lijkt de productie van crystal meth (methamfetamine) in Nederland nog altijd stijgende. Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) doet op verzoek van de politie onderzoek naar het criminele geld dat hiermee wordt verdiend.
In de eerste elf maanden van 2023 zijn al twintig productielocaties voor crystal meth ontmanteld. In de twee voorgaande jaren bleef de teller over diezelfde periode nog steken op vijftien productielocaties. ‘Bij het oprollen van drugslabs treffen we bijna altijd ook lege vaten met resten grondstoffen aan. Of we vinden de grondstoffen op een locatie, die we kunnen linken met het lab’, vertelt André van Rijn van de Landelijke Faciliteit Ontmantelen (LFO) van de politie.
De politie deelt deze informatie vervolgens met het NFI. Hiermee maakt het NFI informatiebladen voor opsporingsdiensten, het Openbaar Ministerie, rechtbanken en advocaten. ‘Daarin leggen ze onder meer de productieprocessen vast’, legt Van Rijn uit. ‘De handel in drugs is vaak in contanten en criminelen houden lang niet altijd een controleerbare boekhouding bij. Met de informatiebladen van het NFI kunnen we vervolgens berekenen wat er is verdiend. Dat is belangrijk om te weten, want dan kunnen we het crimineel verdiende vermogen afpakken.’
Nieuwe grondstoffen
Niet alleen nam de productie van crystal meth toe op Nederlandse bodem, criminelen veranderen ook steeds hun productieprocessen. Dat maakt dat de politie het NFI ook vraagt om hier onderzoek naar te doen. ‘Nieuwe grondstoffen en nieuwe processen betekenen andere verhoudingen en andere opbrengsten’, vertelt NFI-deskundige Verdovende Middelen Jorrit van den Berg.
Het proces om nieuwe grondstoffen bij wet te verbieden is afgelopen jaar door het ministerie van Justitie en Veiligheid versneld, om het criminele proces sneller te verstoren. ‘Wanneer het lastig wordt om aan bepaalde grondstoffen te komen, moeten criminelen overstappen op weer andere grondstoffen’, legt Van den Berg uit. ‘De makkelijke en kortste routes worden zo afgesloten. En criminelen worden gedwongen om steeds langere en meer ingewikkelde routes te kiezen. Ze moeten nieuwe grondstoffen bedenken en importeren waarmee ze vervolgens zelf de benodigde stoffen voor drugs moeten maken.’
Nieuwe stoffen
De afgelopen jaren zag de politie diverse nieuwe stoffen voor de productie van BMK (de grondstof voor amfetamine of methamfetamine) of PMK (de grondstof voor MDMA/xtc) opduiken. Wanneer de politie zulke nieuwe grondstoffen of productiemethoden aantreft, zetten ze de deskundigen van het NFI graag aan het werk. ‘De politie en het NFI kunnen niet leunen op berekeningen uit omliggende landen’, aldus Van Rijn. ‘Nederland is op dit gebied helaas trendsettend. Ons land is productieleider op het gebied van drugs.’
Zelf drugs koken
Van den Berg en zijn collega’s van het NFI analyseren nieuwe grondstoffen die door de politie worden aangetroffen eerst met analyseapparatuur. Zo bepalen ze de moleculaire structuur van de stof. Ook het recept dat criminelen gebruiken moet worden achterhaald. Het NFI bouwt daarvoor de opstelling van de verdachten na en gaat daarna aan de slag om nieuwe aangetroffen grondstoffen om te zetten. Door de productieprocessen van crystal meth in het eigen lab na te bootsen kan het BFI de te verwachten opbrengst van de verschillende productieprocessen bepalen.
En zo kookt het NFI nu dus gemiddeld twee keer per jaar zelf drugs. De politie zou dit volgens Van Rijn het liefste bij alle aangetroffen nieuwe grondstoffen laten doen. ‘De capaciteit is helaas niet onbeperkt, dus we moeten constant met het OM prioriteren.’