Onduidelijkheid over online gegevensvergaring

Er moet meer duidelijkheid komen over de bevoegdheden waarbinnen de politie informatie mag verzamelen op internet. Dat staat in het rapport ‘Politiewerk op het web’. De wettelijke bevoegdheden waarbinnen de politie online informatie mag verzamelen zijn volgens de onderzoekers onduidelijk. Ook de taakverdeling en afstemming tussen organisatieonderdelen kan strakker.

agent achter beeldscherm

Taakstellend artikel 3 Politiewet

Reinder Doeleman, programmadirecteur Intelligence binnen de politie: ‘Online-gegevens verzamelen is nu al een belangrijk onderdeel van de politietaak en dat zal alleen maar toenemen. Er wordt veel van ons gevraagd en daarbij hebben we een helder (juridisch) kader nodig. We werken nu veelal op basis van het taakstellend artikel 3 van de Politiewet. Die is echter heel algemeen en niet gericht op online informatievergaring. Feitelijk wegen we steeds opnieuw af of iets wel of niet mag en wat proportioneel is, net als in het dagelijkse politiewerk. 

Meer kennis nodig in de uitvoering

Criminaliteit speelt zich net als de rest van de maatschappij in toenemende mate online af. Oproepen tot geweld of het verstoren van de openbare orde worden steeds vaker gedeeld op sociale media. Deze realiteit maakt dat de politie moet beschikken over online informatie om de politietaak te kunnen uitvoeren. Dit geldt voor zowel opsporing als handhaving van de openbare orde. En dus gebruikt de politie online informatie, door de hele organisatie heen: van online specialisten tot en met de wijkagent. 

Saskia van Goor, programmamanager digitale (vak)ontwikkeling GGP: ‘Uit het onderzoek blijkt dat online gegevensvergaring specialistische expertise vraagt’. Meer kennis is nodig, bijvoorbeeld over wanneer een meer dan geringe inbreuk wordt gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van burgers en er sprake is van stelselmatig handelen. Het is nu bijvoorbeeld onduidelijk in hoeverre de politie aanwezig mag zijn in besloten omgevingen, zoals Telegram-groepen. Collega’s lopen het risico onrechtmatig te handelen.’

Gezagsrol

Ook de gezagsrol als het gaat om online gegevensvergaring is niet altijd duidelijk. Dat het gezag over de politie voor de handhaving van de openbare orde is belegd bij de burgemeester is geen punt van discussie. Hoe de gezagsrol wordt ingevuld bij het zoeken en gebruiken van online gegevens en wat dit betekent voor de afstemming, is diffuus. Er zijn eenheden waar voor openbare orde problematiek wordt afgestemd met de informatieofficier van het Openbaar Ministerie.

Verkenning
Reinder: ‘We hebben met belangstelling kennis genomen van het rapport. De primaire reden hiervoor was dat er binnen de politieorganisatie behoefte is aan onderzoek op dit vlak. Een groot gedeelte van de aandachtspunten al de aandacht heeft van Politie en die van het ministerie van Justitie en Veiligheid.’ 

‘Zo wordt er momenteel gewerkt aan een verkenning van de mogelijkheid om voor de openbare orde in online besloten groepen te kunnen kijken. Het juridisch kader en eventuele onduidelijkheden in de toepassing daarvan maken onderdeel uit van deze verkenning. Dit past in een lopende, bredere verkenning naar de bevoegdheid voor online gegevensvergaring door de politie voor de handhaving van de openbare orde. De uitkomsten van dit onderzoek helpen daarbij. 

Daarnaast worden aandachtspunten gegeven voor de verdere ontwikkeling van online gegevensvergaring als vakgebied binnen de politie. Hiervoor wordt nauw samengewerkt met het ministerie van J&V en andere ketenpartners.