Agenten trainen op het gebruik van geweld
Agenten zijn ervoor opgeleid en gecertificeerd om geweld te gebruiken. Ze leren in de opleiding hoe ze met hun wapens en toepassen van ander geweld moeten omgaan. Na de opleiding worden hun kennis en hun vaardigheden vier keer per jaar getraind. Ook moeten de agenten jaarlijks verschillende toetsen afleggen.
Tijdens de toetsen wordt bepaald of de agent fysiek vaardig genoeg is om het politiewerk te doen. Verder wordt de agent twee keer per jaar getoetst op schietvaardigheid en volgt er een aanhoudings- en zelfverdedigingstoets. Daar laat de agent zien of wapens en vaardigheden op de juiste wijze worden gebruikt. Tot slot doet de agent ook een toets geweldbeheersing, waarin kennis van de wet met behulp van vragen en cases wordt getest. Als een agent zijn schiettoets niet haalt, dan moet de agent direct het vuurwapen inleveren.